Psychosociale aspecten van gezondheid en zelfredzaamheid bij ouderen: van determinanten naar interventie
DOI:
https://doi.org/10.1007/BF03088519Trefwoorden:
dagelijks functioneren, determinanten, psychosociale interventies, zelfmanagement, zelfredzaamheidSamenvatting
Een centrale vraag binnen de sociale gerontologie betreft hoe het is te verklaren dat sommige ouderen tot op hoge leeftijd –
ongeacht de aanwezigheid van ziekte – op een redelijk niveau blijven functioneren, terwijl dit voor andere ouderen niet het
geval is. Dit artikel schetst een conceptueel model dat inzicht geeft in de individuele uitwerking van (voornamelijk) chronische
gezondheidsproblemen en daardoor aanknopingspunten biedt voor gerichte interventies voor het bevorderen van
zelfredzaamheid bij ouderen. Meer specifiek wordt ingegaan op de rol die gevoelens van competentie en controle hierbij
spelen. Uit het beschreven onderzoek blijkt dat gevoelens van competentie en controle weliswaar niet overheersend maar
wel consistent in positieve zin bijdragen aan zelfredzaamheid en het functioneren van ouderen. Daarmee is een basis gelegd
voor de ontwikkeling en evaluatie van psychosociale interventies die beide concepten en zelfredzaamheid in positieve zin
kunnen beïnvloeden. Twee van dergelijke interventies worden gepresenteerd: vermindering van angst om te vallen en
zelfmanagement bij chronisch hartfalen. Geconcludeerd wordt dat de ontwikkeling en de bewijskracht van dergelijke
interventies pas in de kinderschoenen staan maar potentie hebben. Een verdere stimulans ervan kan bijdragen aan een meer
adequate ouderenzorg omdat deze aansluit bij ouderen zelf en mogelijk de zorgvraag zal verminderen.