Het welbevinden van (vervroegd) gepensioneerden: de rol van onvrijwillig uittreden en het doorstarten in betaalde arbeid
DOI:
https://doi.org/10.1007/s12439-014-0099-8Trefwoorden:
doorstartwerk, onvrijwillig uittreden, oudere werknemers, pensionering, welbevindenSamenvatting
Pensionering wordt steeds meer gezien als een proces waarin ouderen ook na (vervroegde) uittreding nog actief kunnen
worden op de arbeidsmarkt in zogenoemde doorstartbanen. In het hier gepresenteerde onderzoek is nagegaan wat de
consequenties van dit doorstarten zijn voor hoe gepensioneerden hun leven ervaren. De verwachting was dat de invloed van
doorstarten op het welbevinden afhangt van de vrijwilligheid van het uittredeproces. Bovendien werden verschillen in
welbevinden verwacht voor de verschillende motieven om door te starten na uittreden. De gegevens zijn ontleend aan
paneldata voor Nederlandse oudere werknemers. De resultaten van de conditionele veranderingsmodellen laten zien dat een
onvrijwillige beëindiging van de carrière samenhangt met een afname in welbevinden ten opzichte van vrijwillig
gepensioneerden. Doorstarten blijkt echter dit negatieve effect te kunnen compenseren. De resultaten bevestigen ook dat
ouderen die graag door wilden starten na pensioen maar niet succesvol bleken in het vinden van werk, een afname in het
welbevinden rapporteerden. Verder blijkt doorstarten om financiële redenen negatief te zijn voor het welbevinden, terwijl
mensen die om intrinsieke redenen doorwerken een toename in welbevinden ervaren. De bevindingen van dit onderzoek
dragen bij aan de kennis over hoe verschillende pensioentransities het leven na pensioen beïnvloeden.
Retirees’